Amsterdam, januari 2023 – In besloten kring werd afscheid genomen van Bert Bakker jr. (1942 – 2022) die op 14 december overleed. Hij was neef van de oude Bert (1912 – 1969) en achterneef van mijn vader (Abraham 1896 – 1957). Bert Bakker sr. was in de Tweede Wereldoorlog betrokken bij Vrij Nederland. De uitgeverij Bert Bakker werd na de oorlog opgericht door de buitengewoon getalenteerde schrijver en uitgever (Uitgeverij Bert Bakker/ Daamen). Tot auteurs behoorden Marga Minco, Martinus Nijhoff en Gerrit Achterberg. Bakker sr. wordt met Geert Lubberhuizen van De Bezige Bij en Geert van Oorschot gezien als een van de belangrijke vernieuwers van het naoorlogse boekenvak die een blijvende invloed hebben uitgeoefend op het uitgeversvak.
In 1969 werd Bert Bakker junior er uitgever. Was Bert senior een markante man en bloemrijk uitgever, hij had altijd veel meer geld nodig, voor zijn leefwijze, voor zijn uitgaven, dan er binnen kwam. Zijn uitgeverij zat diep in de schulden en de pensioenen van de medewerkers waren niet geregeld, dat kon Bert junior opknappen en dat deed hij. Dat hij het ‘neefje van de uitgever’ werd genoemd, is badinerend voor het werk dat hij verrichtte. Onder zijn leiding werd in de jaren zeventig uitgeverij Contact overgenomen, de uitgever van onder meer het dagboek van Anne Frank. Contact werd in 1984 weer afgestoten en meegegeven aan vertrekkend hoofdredacteur Harko Keijzer. Zowel Harko als Bert heb ik eind jaren ’70 ontmoet.
Ik kwam bij de uitgeverij Bert Bakker om mijn idee over Een Groot Inrichtingen boek te vertellen. Ik was medeoprichter en redacteur van de Gekkenkrant. Het was tijd voor iets nieuws. Er was in de jaren 70 dankzij de Gekkenbeweging verandering gekomen in de institutionele psychiatrie, maar de ideeën in de psychiatrie veranderden niet wezenlijk: De menselijke machine hapert, er zitten draden los, er is iets stuk aan mensen en dat kan van buitenaf gerepareerd worden (met pillen, toediening van stroomstoten, opsluiting&isolatie).
Ik wilde in mijn boek iets anders laten zien: hoe sociale bewegingen van invloed konden zijn beroepsuitoefening binnen professionele kaders. We waren bijeen op de Herengracht. Bert junior waarschuwde zijn secretaresse, die had een contract bij zich, Bert tekende het en zei: ‘Ik ben benieuwd’. Daarmee werd hij mijn ideale uitgever, betrokken, hulpvaardig en vooral: aardig.
Het boek is er uiteindelijk niet in die vorm gekomen omdat ik een beurs kreeg van ZWO (Zuiver Wetenschappelijk Onderzoek), zodat ik aan een proefschrift kon werken. Bij uitgeverij De Horstink verscheen in 1982 een Dic-map (nr 90) Psychiatrie is geen kunst. Met collega Mathieu Karel aan de Universiteit van Amsterdam, maakten we een selectie uit de berg artikelen die in die tijd over de geïnstitutionaliseerde zorg verscheen, deze selectie werd teruggekoppeld naar deelnemers in de Gekkenbeweging, de discussie erover werd weer opgenomen in dezelfde Dic-map. Tevens publiceerden we een nadere analyse van dit soort maatschappelijke bewegingen in het tijdschrift Beleid en Maatschappij, B. Bakker en M.Karel, Zelfhulpgroepen: eigen voorzieningen in de verzorgingsstaat, Beleid en Maatschappij Vol. 8 nr 1. (1981)
Het is wonderlijk en onverdiend hoe weinig je nu terugvindt van Bert Bakker junior. Zijn uitgeverij was in de jaren zeventig onderdeel geworden van het Kluwer-concern. Tegenvallende verkopen noopten hem om later zijn bedrijf in 1992 onder te brengen bij de Meulenhoffgroep. Daar werd de uitgeverij Bert Bakker ondergebracht bij Prometheus. Zo kwam de uitgeverij in handen van Mai Spijkers, de oud redacteur die bij Bert junior weg was gegaan om voor zichzelf te beginnen. Toen nog een broekje die bij de familie Bakker leerde hoe hij met mes en vork moest eten. Veel van ‘zijn succesvolle’ uitgaven zijn voortzettingen van reeksen (Geschiedenis bijvoorbeeld). die Bakker ontwikkelde. Er verschenen later onder de zogenaamde imprint Bert Bakker sporadisch en enkel nog non-fictie boeken. De uitgeversnaam Bert Bakker is nu nog nauwelijks nog in gebruik… Waarom eigenlijk niet? Bert Bakker was een uitgeverij met een grote naamsbekendheid. Het blijft gek, waar ik ook nu nog kom wordt me gevraagd. ‘Familie van de uitgever?’ ‘Wis en waarachtig, zeker wel’, dat is mijn antwoord. Laat het haantje Spijkers maar kraaien.