Het Tribunaal
Amsterdam, 2030 – Een meisje drentelt, ze wil niet naar binnen, ze huilt, haar pop valt op de grond. Een agent verbiedt de vader om het op te rapen. De vader reageert boos en heft zijn arm. Twee agenten trekken hun revolvers. Omstanders deinzen terug. Moeder gilt. Vader doet beide armen hoog. Omstanders halen opgelucht adem. De ene agent houdt vader onder schot. De andere agent pakt de pop en geeft het aan het meisje. Geschrokken neemt ze hem aan, duim in de mond. Stilte. Vader wordt zwijgend gefouilleerd. De revolvers zakken en gaan terug in de holsters. Met een knikje wordt het gezin doorgestuurd, de rechtszaal in. Waarom werd dit uitgezonden?
Veel te lachen viel er niet bij uitzendingen van het Tribunaal. Het waren schrijnende scènes van mensen die na jaren van buitenlands verblijf terug wilden naar hun geboorteland. Sommigen kwamen berooid terug, anderen uit vrije wil. Het hield iets ongemakkelijks: de procedure van vaststelling van beweegredenen, van sociale en genetische herkomst en zo waren er meer. Als iemand dat achter de rug had, kwam de herintreding, de huisvesting (zelf voor zorgen graag). Enzovoorts, diepe treurigheid, ooit waren het landgenoten of ze mochten blijven was nog maar de vraag.
Een man en een vrouw strompelden binnen, er was veel belangstelling van de media. Het duo had jaren ergens in de Kaukasus gezworven, zag er volkomen onverzorgd uit en maakte de indruk verslaafd te zijn aan lijm, ketamine, dat soort middelen. Hij was een groot man geweest, een schrijver of zoiets, van haar ontbrak elk gegeven. Het leek er alsof er een scheur tussen lichaam en ziel was ontstaan en ze zich niet bewust waren van hun aanwezigheid. Ze waren uit een land gezet? Door alle flitslichten en microfoons werd het opeens een scène op een filmset. In de hoofdrol een rechter, die met vriendelijke oogopslag, met humor en begrip een treurig oordeel ging vellen.
Het duo stond te wankelen voor de rechter op zijn troon. Deze keek dit keer nauwelijks over zijn leesbril en wuifde ze al snel weg met een verblijfsvergunning. Applaus bij de mensen thuis, dat werd vastgesteld door de kijkcijfers en een betrouwbaar onderzoek naar waardering van het programma en beslissingen van het tribunaal.
Kijk, dat laatste was belangrijk. Niet alle, maar alleen geselecteerde scènes en vonnissen, werden uitgezonden en alleen die waarbij een zekere huiver de huiskamer binnensloop: laat mij dit nooit overkomen, dan blijf ik liever hier… Daar ging het om: weggaan is mogelijk, maar terugkomen doet pijn.
Het Tribunaal zetelde in éen van de gebouwen op een schiereiland in het IJ, dichtbij het Amsterdamse centrum. Een smalle loopbrug leidde ernaartoe. Het zag er van enige afstand goedkoop en onverzorgd uit, als een kartonnen doos met scheuren. Binnen werden de voorgeleiden geïmponeerd door luxe, alles was van marmer, de trappen, de gangen, de wc’s, wachtruimten, rechtszalen. Ruwe bolster, blanke pit? Gelul, bij een geringe trilling in de Groningse bodem, vielen hier de marmeren platen van het plafond. Vanaf de kade bleef hetgeen er zich binnen voltrok aan het zicht onttrokken, dat is waar.
In de jaren negentig van de vorige eeuw werd het schiereiland opnieuw vormgegeven. Daarvoor stond het Koloniale Etablissement er, dat in 1911 werd gebouwd als een pakhuis voor keuring van waren en opslag. In dit Etablissement vonden beoordelingen plaats van goederen uit Nederlands-Indië. Sinds 1957 had de Politie te water het gebouw in gebruik genomen. Het complex werd begin 2000 afgebroken, niet omdat daarmee het koloniale verleden weggemoffeld werd, maar omdat er sprake was van ‘een gebrek aan respect voor vroegere bouwstijlen.’ Goede smaak was ver te zoeken, geld was geen probleem. Het wordt tijd voor iets nieuws, vonden de politici. Wat ervoor terugkwam qua omvang en lelijkheid verbaasde eenieder.Om het onderkomen voor Het Tribunaal te realiseren werd het budget ruim overschreden. Boze tongen beweerden dat het zelfs, door de afwerking met marmer, verdubbeld was. Ook dat was een topje van een ijsberg, want budgetoverschrijdingen vonden toen plaats bij alle grote projecten en daarom moest De Nederlandse Staat overal geld vandaan halen.
Oud-landgenoten waren niet zonder meer welkom. Konden ze gratis vertrekken, de terugkomst moest betaald worden en daar besliste het Tribunaal over. De tijden waren veranderd. Volgens critici spreidde het samenstel van de nieuwe gebouwen, een opzettelijke smakeloosheid en lompheid ten toon. De gebouwen zouden vanwege grote schuine inkepingen, waarmee ze van elkaar gescheiden waren, zelfs de letterlijke gelijkenis hebben met een smeltende en uit elkaar vallende ijsberg. De inkepingen zouden volgens de stedenbouwers recht doen aan eeuwenoude Amsterdamse zichtlijnen en vergezichten. Critici meldden dat er een hoogwerker voor nodig was om dat te kunnen zien. Er was ook lovende kritiek. Naast Het Tribunaal was een hotel gehuisvest, een gevangenis, een avondwinkel. De Politie te Water had er ook weer een onderkomen gekregen:
‘Het nieuwe gebouwencomplex is een intrigerende versmelting van tegenstellingen, een feest van verschillen. De fysieke, radicale nabijheid van de onderdelen is het bindmiddel van die diversiteit,’ vond een architect.
‘Dat is veel eer voor een gedrocht dat in brokken uiteen lijkt te vallen,’ werd er vervolgens beweerd.
‘Het is een grote verstekbak.’
‘Een klont gebouwen met gleuven en doorsnedes.’
‘Het project blijft verrassen vanaf grote afstand tot in de kern,’ zeiden de politici, maar die konden weinig anders zeggen, want het was hun idee.
Voorbijgangers sidderden als ze langs Het Tribunaal kwamen. Van buitenaf konden niets zien, maar ze wisten maar al te goed wat er plaats vond.
‘Weggaan was nooit goedkoop, maar terugkomen is nog duurder,’zeiden ze. Het Tribunaal beoordeelde aanvragen voor herintreding van mensen, die terug wilden naar hun geboorteland: dromers, huurlingen, gelukzoekers, moderne ik-vertrekkers, voortvluchtigen, landgenoten die – zonder veel voorbereiding en inzicht – hun heil elders hadden gezocht of hun fortuin elders hadden opgemaakt. Voor Het Tribunaal moesten ze met behulp van advocaten hun herintrede bepleiten. In de media werd ruim aandacht gegeven aan de zittingen. Ze werden getoond als voorbeeld en om schrik aan te jagen, zodat landgenoten zich nog konden bedenken voordat ze de formulieren invulden, voor hun terugkeer. De wereld was er niet veiliger geworden, de mensen wilden massaal terug naar het vaderland. Er waren rijen met wachtenden.
Niemand keek ervan op dat, juist op de plaats waar het Koloniaal Etablissement had gestaan, het Tribunaal gevestigd werd. Vroeger werden er koloniale waren gekeurd en opgeslagen, nu werden er herintreders, spijtoptanten, berooiden beoordeeld. Overzeese gebieden en koloniën had Nederland niet meer, de burger met zijn maandelijkse inkomsten was het wingewest geworden. Alle belastingen gingen geleidelijk aan omhoog, en vanwege de toegenomen welvaart en overbevolking, kwamen er dusdoende toch grote bedragen in de staatskas. Eén euro per maand, over de gehele bevolking van twintig miljoen, leverde op jaar jaarbasis zomaar 240 miljoen. Kassa! “Groeigeld,’ werd dat genoemd. Alle beetjes helpen. Potentiële herintreders moesten een substantiële bijdrage leveren, met terugwerkende kracht, met rente en boetes.
Wie terug naar Nederland wilde, diende geld bij zich hebben en kon het bij Het Tribunaal afgeven. De herintrede in het moderne Nederland moest bevochten worden en voor een nieuw paspoort met toegang tot Nederlandse voorzieningen moest fors betaald worden. Het was een kille ontvangst. Al die mensen die ooit vertrokken waren om hun dromen na te jagen, kwamen hier van een koude kermis thuis. Hier heerste een cynisme waarin verdachten werden beoordeeld op hun kapitaalkrachtigheid. In veel gevallen was dat er niet en konden ze weer vertrekken. Er werd schande van gesproken, maar dat haalde niets uit. De live uitzending van de zittingen werd gretig bekeken, een soap waarbij de kijkers zich vermaakten met het leed van anderen, net zoals ze zich decennia eerder vermaakt hadden met programma’s als Ik vertrekof Droomhuis gezocht.
Spijt dat je ooit vertrokken was, telde niet. Dat je geen vanzelfsprekend recht had op herintrede konden de voorgeleiden, nauwelijks bevatten. Had het volk zich jaren geleden vermaakt om de naïviteit waarmee landgenoten zich in een buitenlands avontuur waagden, nu konden ze hun terugkeer zien. Bewondering voor roekeloze avonturiers, maakte plaats voor ongemak, onbegrip en afkeuring. Precies dat was de opzet van het programma.
‘Een kijkcijferkanon’, zo werd Het Tribunaal genoemd.
Om 19.00 uur, primetime op de televisie en het digitale kanaal, werd de volgende scène uit het Tribunaal vertoond. We zagen een oude man en een jonge vrouw binnen komen. Zij ondersteunde hem.
Dat heeft ie goed geregeld, denkt het volk thuis. De zitting begint. Veel marmer, hoog gezeten college, zwarte jurken, witte beffen. Het echtpaar moet naar voren komen tot aan de balie. Hij is slecht ter been en maakt de indruk niet veel zicht te hebben. Het volk ziet dit en heeft met hem te doen, maar vraagt zich af wat haar rol is. Hij is Nederlander van geboorte, zij is Spaanse. Het volk denkt: die wil voor een prikkie op de eerste rang.
Hij kan niet goed uit zijn woorden komen, zij doet het woord in hakkelend Nederlands. Het volk denkt: het moet niet gekker worden. Die man sterft binnenkort en dan heeft zij het mooi voor elkaar.
De rechter zwijgt, de officier stelt de vragen. Het volk in de huiskamers heeft het oordeel al geveld. De regie van het televisieprogramma heeft van tevoren laten uitrekenen welk vonnis het beste valt. Tijdens de zitting wordt de opinie nog eens gecheckt. Wat blijkt? Aanvankelijk kiest het volk voor de herintrede van het echtpaar, geleidelijk aan veranderen de beoordelingen. De meerderheid van de kijkers vindt al gauw dat hij wel, maar zij niet mag blijven.
De rechter hoort de opiniepeiling via zijn oortje en dan spreekt hij zijn oordeel uit.
‘Gezien de gezondheidstoestand van de man, mag het echtpaar herintreden (voor een bedrag dat niet genoemd wordt). Mocht hij eerder overlijden dan zijn vrouw, dan verliest zij haar status als Nederlandse en moet ze terug naar land van geboorte.
Het volk haalt opgelucht adem. Het waarderingscijfer voor het televisieprogramma ‘Het Tribunaal’ stijgt tot grote hoogte.
BB